Voordelen van EMS training in vergelijking met normale krachttraining

De samentrekking van de spieren wordt veroorzaakt door zenuwprikkels die door de motorische zenuwen worden overgebracht. Elke spier heeft een eigen vorm om zich aan te passen aan de functie die ze moet uitoefenen en aan de vorm van het bot waaraan ze is vastgehecht. EMS is niet anders dan deze natuurlijke, lichaamseigen prikkel te versterken door een extern apparaat, de miha bodytec.

De beste resultaten worden behaald wanneer we actieve oefeningen én de elektrische prikkel van de miha bodytec combineren. Op elke oefening die tot aanspanning van de spier leidt, wordt een extra elektrische impuls vanuit het systeem ingebracht. De spier ervaart zo een extra spanningsverhoging, een geoptimaliseerde rekrutering van de vezels en daarmee een effectievere spiercontractie.

Het spierstelsel van het menselijk lichaam bestaat uit twee verschillende vezeltyperingen, namelijk type I (langzame / slow-twitch) vezels en type II (snelle / fast-switch) vezels. Type II wordt toegekend aan maximale kracht en snelkracht van de sporter, type I aan het uithoudingsvermogen. In het alledaagse leven zal de meer economisch zuinige type I spiervezel de overhand hebben boven de type II spiervezel die meer energie vraagt.

Binnen de EMS-training zal een ommekeer te zien zijn van deze regel. Een activatie van de type II spiervezel zal eerst plaats vinden. Ook de rekrutering van de spiervezels ligt vele malen hoger dan een conventionele krachttraining (tot wel 90% van alle spiervezels in de spier).

Een ander voordeel van EMS-training in de FITSTREET studio’s ten opzichte van conventionele krachttraining: bij EMS worden nagenoeg alle motorische eenheden synchroon geactiveerd. In dezelfde tijd, waar tot nu toe weinig spiergroepen getraind konden worden, kunnen we nu een complete lichaamstraining uitvoeren.

Ook de activatie van de agonist en de antagonist verlopen synchroon. Dat maakt de training wezenlijk effeciciënter. Een voorbeeld is een biceps die gelijktijdig aangespannen wordt samen met de triceps.

Ook de dieperliggende spiergroepen kunnen perfect getraind worden. Dat betekent dat extra training voor deze spiergroepen (bijvoorbeeld core-stability of pilates) niet noodzakelijk meer zijn. Ook dat bespaart veel tijd.

Fysieke training kan alleen succesvol zijn, wanneer we de volgende principes van de sportwetenschappelijke eigenschappen in acht houden; het principe ‘adaptatie’ en ‘de relatie van belasting en herstel’. Fysieke training verstoort het biologisch evenwicht. Deze verstoring voert tot een verbetering van de aangesproken systemen en leidt tot prestatie verbetering. Fysieke training is niets anders dan voortdurende aanpassingen aan verbeterde lichaamsbelastingen.

 

Door fysieke trainingen neemt het prestatievermogen (tijdelijk) af. Dit wordt ook wel de katabole fase genoemd. In de navolgende rustfase (anabole fase) neemt het prestatievermogen weer toe, zelfs hoger dan het oorspronkelijke niveau (supercompensatie). Juist op het moment van de supercompensatie dient er weer een trainingsprikkel afgegeven te worden. Belasting en herstel dient als eenheid gepland te worden. De rustfase is gerelateerd aan intensiteit en trainingsomvang.

 

 

 

Trainingsintensiteit ontstaat bij EMS niet door zware gewichten, maar door elektro spier stimulatie (EMS). En dat is veel ‘vriendelijker’ voor gewrichten en het bewegingsapparaat. EMS training kan zodoende mogelijk gemaakt worden zonder extra gewichten of andere belastende materialen.

Naast de gewrichtenbesparende trainingen is EMS ook zeer nuttig voor het trainen van spierdisbalansen. Door houdingproblemen en/of eenzijdige trainingen kunnen spierdisbalansen ontstaan. Lang zitten aan een bureau kan bijvoorbeeld verkorting van de borstspieren met tegelijkertijd verzwakking van de rug- en schouderspieren teweeg brengen.